PDF
Stel PDF samen

Longontsteking

Pneumonie

Longgeneeskunde

U heeft een longontsteking, een ander woord voor longontsteking is pneumonie. In deze folder leest u meer over deze aandoening en de behandeling.

Wat is een longontsteking?

De longen bestaan uit miljoenen kleine blaasjes die zuurstof uit de lucht halen. Tussen alle longblaasjes door lopen kleine bloedvaatjes die de zuurstof uit de longen opnemen. Bij een longontsteking zijn de longblaasjes en het omliggend weefsel ontstoken.

Wat is de oorzaak?

Meestal is de oorzaak van een longontsteking een infectie in de luchtwegen door een bacterie, schimmel of virus. Een infectie door een bacterie komt het meest voor. Omdat de toegang tot de luchtwegen open is (via mond en neus) kunnen deze bacteriën in de longen komen. De trilhaartjes en de slijmlaag in de longen zijn een soort afweersysteem en zorgen er normaal gesproken voor dat deze bacteriën worden tegen­gehouden.

Ook kunt u een longontsteking krijgen omdat u zich verslikt in voedsel of braaksel en dit niet goed ophoest. Een longontsteking krijgt u niet door wisselingen van het weer, kou vatten of door het in de tocht zitten. De veroorzakers zijn namelijk deeltjes die in de lucht zweven. Een airco die niet schoon is (en dus veel vieze bacteriën bevat) kan wél een reden zijn.

Wie kan het krijgen?

Iedereen kan een longontsteking krijgen, maar meer risico lopen onder andere:

  • ouderen
  • mensen met een lage weerstand
  • mensen die ernstig ziek zijn
  • rokers
  • diabetes patiënten (suikerziekte)
  • mensen met longziekten (zoals COPD-patiënten)

Wat zijn de verschijnselen?

Een longontsteking kun je aan de volgende klachten herkennen:

  • kortademigheid
  • hoesten
  • eventueel ophoesten van geel, groen of bruin slijm
  • eventueel bloed ophoesten
  • koorts
  • pijn in de borstkas, die erger wordt bij diep doorademen en/of hoesten
  • snelle, oppervlakkige ademhaling.

De behandeling

Een longontsteking kan een serieuze aandoening zijn. Gelukkig is dit meestal goed te behandelen. Meestal krijgt u een infuus. Dit is een slangetje in een bloedvat waardoor vocht en medicijnen rechtstreeks in de bloedbaan gegeven worden. Via dit infuus kan antibiotica toegediend worden. Soms is het nodig om verschillende soorten antibiotica te geven. Dit hangt af van de ernst van de longontsteking of de bacterie de ontsteking veroor­zaakt.

Als u benauwd bent krijgt u eventueel extra zuurstof toegediend.

Als het weer wat beter gaat bekijkt de longarts of u verder behandeld kunt worden met antibiotica- tabletten. Niet alle antibiotica kan in tabletvorm gegeven worden. Dan blijft toediening via het infuus nodig.

Bij longontsteking door een virus helpt antibiotica niet. Dan moet u rustig aan doen en veel drinken.

Wat gebeurt er nog meer?

Röntgenfoto van de longen
Op een foto van de longen kan de longarts zien waar de ontsteking zit en de ernst van de ontsteking beoordelen. Het is mogelijk dat tijdens uw opname vaker een foto gemaakt wordt om te kijken of de ontsteking verbetert.

Laboratorium onderzoek
Als het opgehoeste slijm (sputum) een afwijkende kleur heeft dan wordt meestal gevraagd om dit in een potje te spugen. Dit wordt voor onderzoek (kweek) naar het laboratorium gestuurd om de oorzaak van de infectie te onderzoeken. In uw urine zijn bepaalde bacteriën te achterhalen. Daarom wordt eventueel de urine onderzocht (kweek). Als u (hoge) koorts heeft kan bloed worden geprikt om op kweek te zetten. De uitslag van een kweek duurt meestal 5 dagen.

Fysiotherapeut
Iedereen die opgenomen wordt op de longafdeling met een longontsteking wordt ook behandeld door een fysiotherapeut. De therapeut traint uw conditie en geeft eventueel tips over het ophoesten van slijm.

Leefregels thuis

Tijdens de meest kritische periode wordt u opgenomen, en u mag weer naar huis als het wat beter gaat. U zult merken dat u nog niet helemaal de oude bent op het moment dat u naar huis gaat. U zult thuis verder moeten opknappen. Het kan namelijk 2 - 3 maanden duren voordat u helemaal opgeknapt bent.

Doe het thuis rustig aan. Luister naar uw lichaam. U voelt zelf het beste wat u aankan.

Heeft u nog vragen?

Stel uw vragen tijdens uw verblijf aan de longarts of verpleegkundige. Heeft u thuis nog vragen schrijf deze op zodat u ze bij de hand heeft tijdens uw controleafspraak op de polikliniek. U kunt ook contact opnemen met uw huisarts.