Kijkoperatie van de enkel
Arthroscopie

Orthopedie

U krijgt binnenkort een kijkoperatie van de enkel, een zogenaamde arthroscopie. Deze folder kan u helpen zich goed op deze ingreep voor te bereiden.

De anatomie van de enkel

Vooraanzicht van de enkel              Zijaanzicht van de enkel

1. Bovenste sprongbeen                     6. Binnenste enkelband
2. Scheenbeen                                      7. Buitenste enkelband
3. Kuitbeen                                            8. Voorste gewrichtskapsel
4. Hielbeen                                            9. Achterste gewrichtsbeen
5. Voetwortelbeenderen                    10. Achillespees

Behandelingsmogelijkheden

Bij kraakbeen beschadigingen

Indien de huid wordt beschadigd, groeit deze weer zelf aan en vormt vaak een litteken. Kraakbeen kan dat niet. Beschadigingen in kraakbeen genezen dus ook niet vanzelf. Dat geldt dus ook voor het kraakbeen in de enkel. Indien er grote kraakbeenbeschadigingen worden vastgesteld, zal de specialist proberen deze onregelmatigheden wat gladder te maken. Ook zal hij eventuele losse stukjes kraakbeen uit het gewricht verwijderen. Losse stukjes kraakbeen kunnen anders bij het bewegen bekneld raken en dan nog meer schade aanrichten.

Bij slijmvlies beknelling
Soms is er sprake van overmatig gezwollen slijmvlies. Ook dit slijmvlies kan bekneld raken en pijnklachten geven. Indien er inklemmend slijmvlies wordt gezien, zal dit teveel aan slijmvlies worden verwijderd.

Bij botaangroei (osteofyten)
Indien er goedaardige botwoekeringen worden vastgesteld, worden deze afgeslepen.

Waarom een arthroscopie?

De bedoeling van de arthroscopie is om de diagnose beter te kunnen stellen. Verschillende aandoeningen kunnen worden vastgesteld zonder de enkel helemaal open te snijden. Afhankelijk van de bevindingen kan de oorzaak ook gelijk worden opgelost. De specialist heeft u uitgelegd waarom bij u de ingreep wordt uitgevoerd.

Hoe bereidt u zich voor?

Leen vóór de ingreep elleboogkrukken bij de thuiszorgwinkel of Kruisvereniging. Het is noodzakelijk, dat u de dag van de operatie nuchter bent, zie folder: Nuchter blijven voor een ingreep.

Via het planbureau hoort u:

• vanaf hoe laat u niet meer mag eten of drinken;
• het tijdstip waarop u zich op de dag van de ingreep moet melden.

Op de dag van de ingreep mag u geen auto besturen. Laat u door iemand brengen en halen.

Hoe verloopt de operatie?

De operatie kan gebeuren onder algehele anesthesie (narcose) of onder plaatselijke verdoving (regionale anesthesie). Bij de plaatselijke verdoving krijgt u de zogenaamde 'ruggenprik'. Hierbij worden alleen beide benen verdoofd. U kunt dan eventueel zelf meekijken naar de operatie op een televisiescherm. Op de poli preoperatieve screening bespreekt men met u welke verdoving voor u het beste is. Om vergissingen te voorkomen, wordt op het te opereren been een pijl gezet.

Iedere patiënt van 18 jaar en ouder krijgt eenmalig een injectie om trombose te voorkomen.

Tijdens de ingreep worden aan de voorzijde van de enkel één of meerdere sneetjes gemaakt. Via één sneetje wordt een dun kijkertje met een videocamera (4,5 mm) ingebracht. Het gewricht wordt onder andere schoongespoeld met een zoutwateroplossing. Tijdens de ingreep wordt een ander sneetje gebruikt voor het inbrengen van andere instrumentjes. De sneetjes worden gehecht.

Mogelijke complicaties

Complicaties komen bij deze operatie zelden voor. Soms komt een bloeding of een wondinfectie voor. Bij hoge uitzondering kan trombose van het onderbeen optreden of een (tijdelijke) gevoelloosheid van een deel van de voet.

Naar huis

U mag naar huis als de verdoving is uitgewerkt. U krijgt een drukverband dat u na 24 – 48 uur mag verwijderen. Bij pijn kunt u bij voorkeur paracetamol nemen. Paracetamol kunt u zonder recept bij drogist of apotheek kopen. Indien nodig wordt een andere pijnstiller afgesproken en op recept meegegeven.

Weer thuis

• U kunt het beste in bed of op de bank gaan liggen.
• De eerste 2 dagen houdt u de enkel goed hoog.
• U mag alleen lopen met behulp van de elleboogkrukken.
• U mag tot de controle op de polikliniek (7 - 10 dagen na de operatie) de enkel niet belasten en niet op de geopereerde voet steunen.
• Ook het regelmatig uitvoeren van de voorgeschreven oefeningen is van belang. Rust de eerste week nog veel.
• Beperk het lopen tot in en rond het huis.
• U mag deze week geen auto besturen!

De nacontrole

Het herstel na de operatie is sterk afhankelijk van de bevindingen bij de operatie. Na ongeveer 7 - 10 dagen heeft u een controle afspraak op de polikliniek. De enkel wordt bekeken en de hechtingen worden verwijderd. De arts zal u bij het controlebezoek uitleggen wat er precies is gedaan en wat dat voor u betekent.

U krijgt een verwijzing mee voor de fysiotherapeut. U kunt met fysiotherapie starten als de hechtingen verwijderd zijn op de polikliniek.

Weer aan het werk

Als u een betaalde baan heeft bespreekt u met uw bedrijfsarts wanneer u weer aan het werk kunt. Uw orthopeed kan en mag hierover geen uitspraken doen.

Hoe kunt u klachten na de operatie beperken?

Het is zeer belangrijk dat u zich aan de onderstaande instructies houdt. Op die manier kunt u de klachten na de operatie beperken.

Na de operatie

• Ga niet in bad omdat anders de wond week kan worden en kan ontsteken.
• Omdat bij de operatie het gewricht schoon wordt gespoeld, kan er ná de operatie nog wat vocht uit de wondjes komen.
• Laat het drukverband 24 – 48 zitten. Dit mag u na 2 dagen verwijderen en vervangen door een pleister.  De pleister verwijderen voordat u gaat douchen.
• Als na  - 5 dagen de wond droog is hoeft er geen pleister meer op.  

Oefeningen

Regelmatig oefenen is noodzakelijk! Oefen overdag elke 2 uur de enkel en onderbeenspieren (zie tekening).

Ga met een gestrekte knie zitten en probeer de tenen zover naar uw neus te trekken dat de enkel haaks (90°) op het onderbeen komt. U voelt de spieren van het onderbeen aanspannen. Houdt dit 4 tellen vol en neem dan weer rust. Probeer hierna de tenen zover mogelijk van uw neus af te duwen. Houdt dit weer 4 tellen vol en neem dan weer rust. Herhaal deze buig- en strekoefening 10 keer.

Hoe kunt u het beste zitten en slapen?

• Eventueel mag u de eerste nacht met het been op een kussen steunen. Leg nooit kussentjes of steuntjes in de knieholte. Dit geeft kans op trombose.
• Zitten gaat het best met het been gestrekt (bv. op de bank). Laat het been niet naar beneden hangen.