Neustussenschot, operatie

Septumcorrectie

Keel-, neus- en oorheelkunde

U heeft met uw behandelend arts afgesproken dat u binnenkort wordt opgenomen voor een septumcorrectie. Tijdens deze ingreep wordt uw neustussenschot operatief rechtgezet. De arts heeft u al informatie gegeven over de ingreep. In deze folder kunt u het rustig nalezen.

Het neustussenschot

De neus is een deel van de ademhalingsorganen ofwel de bovenste luchtweg. In de neus wordt de ingeademde lucht verwarmd, bevochtigd en gereinigd. Daarnaast heeft de neus een belangrijke functie bij de stemvorming en ook het afvloeien van traanvocht verloopt via de neus.

De neusfunctie kan op veel manieren worden beïnvloed. Bijvoorbeeld door een verkoudheid of door een allergie (overgevoeligheid). Stoornissen in de functie van de neus kunnen verergeren door een afwijkende vorm van de inwendige anatomie (bouw) van de neus. Het meest voorkomend is een scheefstand van het neustussenschot, dat de neushelften van elkaar scheidt. Dit kan het gevolg zijn van een ongeluk of een groeistoornis en tot een grote reeks klachten leiden, zoals:

een gevoel van verstopping,
een gestoorde ademhaling,
hoofdpijn.

Voorbereiding

De ingreep gebeurt onder algehele narcose. U krijgt hiervoor eerst een afspraak bij de anesthesist om dit te bespreken.
Als u bloedverdunners gebruikt, moet u een aantal dagen voor de operatie hiermee stoppen. Overleg dit met uw behandelend arts. Acetylsalicylzuur (Ascal, Aspirine, Acetosal), Sintrommitis, Marcoumar en Plavix zijn voorbeelden hiervan.
Op de dag van de operatie moet u nuchter zijn, zie folder 'Nuchter blijven voor een ingreep'. U mag alleen, in overleg met de anesthesist, eventuele medicijnen met wat water innemen op de ochtend van de ingreep.

De operatie

De keel-, neus- en oorarts (KNO-arts) legt het kraakbeen en het bot van het neustussenschot bloot via een klein sneetje binnen in de neus. Hierna zet hij het tussenschot recht. Dat wil zeggen; uitstekende stukken worden verwijderd, en kromme delen worden rechtgemaakt.

Het herstelde neustussenschot wordt daarna tijdelijk op zijn plaats gehouden door tampons in de neusgaten. Aan weerszijden wordt zo het tussenschot in de juiste positie gesteund, zodat slijmvlies, kraakbeen en bot weer aan elkaar kunnen groeien.

Afhankelijk van de stevigheid van het gecorrigeerde tussenschot kunnen er ook nog siliconen spalkjes in de neus worden geplaatst (splints). Dit zijn flexibele plaatjes die met enkele hechtingen door het tussenschot worden vastgemaakt. U krijgt geen zichtbare littekens omdat u alleen binnen in de neus bent geopereerd. Het kan soms nodig zijn dat u rond de operatie een antibioticumkuur krijgt tegen infecties. Laat het uw arts tijdig weten als u overgevoelig bent voor een bepaald antibioticum.

Meestal vindt deze ingreep in dagbehandeling plaats en mag u dezelfde dag weer naar huis. Soms blijft u 1 nacht slapen in het ziekenhuis na de ingreep.

Complicaties

Bij iedere operatie, ook een operatie aan het neustussenschot, is er sprake van enig risico bijvoorbeeld:

een infectie of een onverwachte bloeding;
letsel aan de omgevende structuren zoals de neusvleugels.

Het komt zelden voor dat er na een aantal weken een gat (perforatie) ontstaat van het neustussenschot daar waar het gecorrigeerd is. Dit kan komen omdat de bloedvoorziening van het tussenschot verstoord is tijdens de operatie. Dit gat is niet altijd operatief te herstellen. De klachten die u daarvan kunt hebben zijn:

een fluitend geluid bij neusademhaling;
het gevoel minder lucht te krijgen door de neus;
dat de neusrug iets inzakt doordat het kraakbeen losgemaakt wordt.

Naar huis

U kan zijn dat u zich de eerste dagen thuis nog niet zo lekker voelt. Dit komt omdat u een narcose of verdoving hebt gehad. Nadat de tampons zijn verwijderd, moet u de neus goed verzorgen met zoutspoeling, en soms met neuszalf. Het kan altijd voorkomen dat er wat vers bloed of bloederig slijm uit de neus komt. Schrik daar niet van. Het stopt meestal vanzelf.

Autorijden, werken, sporten

U mag na de ingreep de eerste 24 uur niet zelf autorijden, omdat de narcose de rijvaardigheid kan beïnvloeden.
Werkhervatting is afhankelijk van uw beroep. Het duurt 4 - 6 weken tot het bot en het kraakbeen weer stevig vastgegroeid zijn.
Wij adviseren om tot 6 weken na de operatie geen contactsporten te beoefenen.

Controle

1 - 5 dagen na de operatie komt u terug op de polikliniek KNO om de tampons te laten verwijderen. Ook krijgt u een afspraak om na 2 weken de eventuele siliconenspalkjes te laten verwijderen. Daarna worden verdere afspraken met u gemaakt.