PDF
Stel PDF samen

Voedingsadviezen bij passageklachten van de darm

We spreken van passageklachten als voedsel of ontlasting niet goed door de darm heen kan gaan. Deze klachten ontstaan wanneer de darm helemaal of voor een gedeelte wordt afgesloten. Dit wordt een (sub)ileus genoemd.

Bij passageklachten is er sprake van beperkte of geen ontlasting. Hierdoor ontstaan (plotseling hevige) klachten zoals aanvallen van buikpijn, misselijkheid, braken en een opgezette buik.

Algemene adviezen

Uw arts bespreekt de algemene behandelmogelijkheden met u. Hieronder volgen de voedingsadviezen met als doel om afsluiting door voeding te voorkomen.

Als de darm volledig afgesloten is

Bij een gehele (totale) afsluiting is er geen passage van voedsel of ontlasting meer mogelijk. U mag dan niets meer eten. Dit heet: ‘niets per os’ (niets via de mond).

Als de darm grotendeels is afgesloten

Bij een niet met de scoop te passeren stenose
Indien er slechts een beperkte doorgang is van voeding / ontlasting is het advies een vloeibare voeding, eventueel aangevuld met drink- of sondevoeding zonder vezels en desgewenst aangevuld met vezelarme vaste voedingsmiddelen zoals ei, plakje kaas, gestoofde vis, vleeswaren.

Als de darm gedeeltelijk afgesloten is

Bij een met de scoop te passeren stenose
Bij een gedeeltelijke afsluiting of bij steeds terugkerende afsluitingen zijn de volgende adviezen van belang:

Drink voldoende: 1,5 - 2 liter per dag
Dit komt neer op 12 - 16 kopjes. Voldoende drinken houdt de ontlasting soepel. Alle vocht telt mee: koffie, thee, water, sap, melkproducten, soep en bouillon.

Eet rustig en kauw goed
Eet met aandacht en kauw alles goed. Indien kauwen niet goed mogelijk is, maal dan de voeding vooraf met behulp van een keukenmachine of staafmixer.

Vermijd gasvormende producten en grove vezels
Eet geen voedingsmiddelen die gas in de darmen kunnen vormen. Deze voedingsmiddelen kunnen in de darmen extra gassen ontwikkelen en krampen veroorzaken. Voorbeelden van gasvormende producten zijn:

  • koolzuurhoudende dranken
  • spruitjes
  • prei
  • paprika
  • ui
  • knoflook
  • peulvruchten
  • koolsoorten zoals witte kool, Chinese kool, spitskool, rode kool, bloemkool, romanesco, broccoli, boerenkool, paksoi en savooiekool.

Neem geen voedingsmiddelen met grove vezels en grove bestanddelen die niet goed gekauwd of gemalen kunnen worden. Kies liever voor producten met fijne vezels.
In onderstaande lijst staan voorbeelden van voedingsmiddelen met grove vezels en onverteerbare delen. Zij kunnen een darmafsluiting veroorzaken.

Grove vezels

Fijne vezels

Groenten met harde nerven, rauwkost

Fijngesneden, gare groenten:
en vezelige draderige groenten: Peulvruchtenmoes
Asperges Peulvruchtenmoes
Bleekselderij Peulvruchtenmoes
Bamboespruiten Gezeefd groentesap 
Schorseneren  
Zuurkool  
Rabarber (rabarbermoes kan wel)  
Taugé  
Draderige sperziebonen / snijbonen  
Doperwten en andere peulvruchten zoals bruine/witte bonen en kidneybonen  
Maïs  
Champignons  
Paprika  
   
Fruit met schil en/of pitjes: Heel rijp, geschild en ontpit fruit:
Citrusfruit zoals sinaasappels Gezeefd vruchtensap
Ananas Vruchtenmoes
Bessen  
Druiven Kaas- en vleeswaren
Kiwi Wit vlees (kip/wild)
Kokosproducten Ei
Gedroogd fruit als vijgen, rozijnen, dadels Graatvrije, gefileerde vis
en pruimen (in moesvorm kan dit wel)  
   
Grove volkorenproducten: Gekookte aardappelen, puree
Zilvervliesrijst Pasta
Roggebrood Mie
Muesli Witte rijst
Grof volkorenbrood Bruin brood (lichtbruin of tarwe)
Volkoren knackebröd of crackers met pitten Lichtvolkoren brood
en zaden Wit brood
Brood met rozijnen, noten, zaden of pitten Crackers (zonder pitten en zaden)
Zaden en pitten Croissants
Noten en pinda's Ontbijtkoek zonder vulling
  Volkoren beschuit
Taai en draderig vlees, vleeswaren Cake
met botten/pezen en vis met graten Biscuits
  Cornflakes
  Producten met bloem, custard, Maïzena, griesmeel en havermout
  Bambix en Brinta 
  Voedingsmiddelen met weinig of geen onverteerbare delen, zoals suiker, boter, melk(producten)

Belangrijk

Indien u door passageklachten te veel gewicht verliest, neem dan contact op met uw diëtist voor aanvullende voedingsadviezen en/of aanvulling met drink- / sondevoeding.