Praktische tips van gynaecoloog Nienke Wieringa
Vrijwel elke zwangere vrouw vraagt zich op een bepaald moment af: wat gebeurt er met mijn lijf na de bevalling? Het risico op een verzakking is een onderwerp waar je liever niet te veel bij stilstaat. Toch is het belangrijk om er aandacht aan te besteden. "Bij een vaginale bevalling krijgt de bekkenbodem veel te verduren. Vooral langdurig persen of een zware baby kunnen je bekkenbodem flink uitdagen," zegt Nienke Wieringa, gynaecoloog bij SJG Weert.
Het spier- en steunweefsel in je bekkenbodem draagt je blaas, baarmoeder en darmen, maar kan door de bevalling verzwakken, wat kan leiden tot een verzakking. Gelukkig kun je met de juiste voorbereiding en herstelstrategieën de kans op een verzakking verkleinen.
Welke verzakkingen kunnen optreden na een bevalling?
Na een bevalling komt een blaasverzakking (cystocele) het meest voor, doordat de voorwand van de vagina en de ondersteuning van de blaas verzwakt raken. Dit kan leiden tot urineverlies en een zwaar gevoel in de vagina. Een baarmoederverzakking (uteriene prolaps) kan ontstaan door uitrekking van de banden die de baarmoeder ondersteunen. Ook kan de endeldarm verzakken tegen de achterwand van de vagina (rectocele), wat ontlastingsproblemen veroorzaakt. Factoren zoals langdurig persen, een zware bevalling, hormonale veranderingen en overbelasting van de bekkenbodem na de bevalling spelen een rol bij het ontstaan van deze verzakkingen.
Hieronder volgen praktische tips om het risico op een verzakking te verkleinen.
Voor de bevalling: een sterke basis leggen
- Train je bekkenbodem: sterke en flexibele bekkenbodemspieren helpen je beter herstellen na de bevalling. Door regelmatig bekkenbodemoefeningen te doen, verbeter je de ondersteuning van je organen en verminder je het risico op verzakking. Dit kan ook onder begeleiding van een bekkenfysiotherapeut.
- Let op je houding en ademhaling: een rechte houding en een diepe buikademhaling helpen onnodige druk op de bekkenbodem te voorkomen. Dit is belangrijk tijdens dagelijkse activiteiten, maar ook tijdens de bevalling zelf.
- Voorkom obstipatie en overbelasting: persen bij de ontlasting kan de bekkenbodem verzwakken. Zorg voor een vezelrijk dieet, voldoende water en beweging. Span je bekkenbodem licht aan bij hoesten, tillen of niezen om extra belasting te verminderen.
Tijdens de bevalling: minder druk op de bekkenbodem
- Kies een gunstige bevallingshouding: liggend op de rug persen geeft de meeste druk op de bekkenbodem. Een houding zoals zijligging of op handen en knieën kan de belasting verminderen.
- Pers gecontroleerd: pers niet te vroeg en volg het natuurlijke ritme van je weeën om overbelasting van de bekkenbodem te voorkomen.
- Laat de verloskundige goede steun geven tegen het perineum tijdens het persen, en het hoofdje goed begeleiden tijdens de laatste persweeën.
Na de bevalling: rustig herstellen
- Gun je bekkenbodem rust: vermijd zwaar tillen en langdurig staan in de eerste weken. Regelmatig plat liggen helpt om de druk op de bekkenbodem te verminderen.
- Start voorzichtig met bekkenbodemoefeningen: begin met lichte aanspanningen zodra het comfortabel voelt. Na zes weken kun je dit – indien nodig onder begeleiding van een bekkenfysiotherapeut - uitbreiden.
- Voorkom obstipatie en onnodige druk: blijf vezelrijk eten, drink voldoende en gebruik een voetenbankje bij het toilet om persen te voorkomen.
- Bouw fysieke inspanning langzaam op: wacht met sporten met veel impact, zoals hardlopen en springen. Begin met lichte beweging zoals wandelen en breid dit langzaam uit.
- Raadpleeg een bekkenfysiotherapeut bij klachten: heb je last van een zwaar gevoel in de vagina, urineverlies of moeite met ontlasting? Een bekkenfysiotherapeut kan helpen met gerichte oefeningen en advies.
Conclusie
Hoewel een bevalling de bekkenbodem flink belast, kun je veel doen om het risico op een verzakking te verkleinen. Door je bekkenbodem voor de bevalling te versterken, bewust te persen en je herstel serieus te nemen, geef je jezelf de beste kans op een sterk en gezond lichaam. Merk je klachten op? Wacht dan niet te lang en bezoek je huisarts of een bekkenfysiotherapeut.