Ook wanneer je ongeneeslijk ziek bent, gaat de zorg in het ziekenhuis door. De behandeling richt zich dan volledig op het verlichten van de fysieke en emotionele pijn, met alle vragen en zorgen die daarbij horen. Het palliatief advies-en ondersteuningsteam (PAOT) van SJG Weert biedt de professionele hulp die nodig is om het leven tot het einde waardig te houden. De afgelopen tien jaar heeft dit team zijn waarde voor patiënten, familie en behandelaars méér dan bewezen.
“Laatst sprak ik met een oudere mevrouw. Zij was ernstig ziek, maar nog niet klaar om te sterven. Samen keken we terug op haar leven. Terwijl zij vertelde, verdween de angst uit haar ogen en zag ik haar tot rust komen. Ze had een mooi leven gehad, vertelde ze, en nog één wens. Ze wilde naar het graf van haar partner die kort daarvoor was overleden. Die wens hebben we in vervulling laten gaan.”
Palliatief verpleegkundige Carla Wilms stond tien jaar geleden mee aan de wieg van het PAOT. Een team van toegewijde professionals van SJG Weert, Land van Horne en De Zorggroep (Franciscus Hospice) die thuis zijn in de zorg voor mensen die niet meer beter worden. Waar vroeger alle inspanningen in een ziekenhuis gericht waren op behandelen en genezen, is er nu veel meer aandacht voor het welzijn van de patiënt.
Nog zoveel te vertellen
Neuroloog Veronique Moers: “Palliatie betekent letterlijk ‘een mantel om iemand heenslaan’. Wanneer er geen uitzicht meer is op genezing, kan de behandelend arts of verpleegkundige in het ziekenhuis de hulp van het palliatief team inschakelen”.
Samen met de patiënt en/of zijn familie brengt de palliatief verpleegkundige de hulpvraag in kaart. “We bespreken de lichamelijke en psychische klachten, maar kijken ook hoe iemand in het leven staat. Waar hij of zij kracht en voldoening uit haalt en nog behoefte aan heeft. Hiervoor nemen we de tijd die nodig is. Er is geen druk, geen pieper die afgaat. Iedere patiënt is uniek en heeft onze volle aandacht. Want hoe ziek mensen ook zijn, ze hebben nog zoveel te vertellen”, vertelt Carla namens het palliatief team dat bestaat uit speciaal opgeleide verpleegkundigen, medisch specialisten, verpleeghuisartsen, een verpleegkundig specialist en een geestelijk verzorger.
Van betekenis zijn
Het palliatief team vertaalt de hulpvraag naar gerichte acties die het comfort van de patiënt verbeteren. Denk bijvoorbeeld aan medicatie ter verlichting van de pijn of benauwdheidsklachten. Of het inschakelen van de transferverpleegkundige voor een soepele overgang naar huis, het verpleeghuis of het hospice.
“Wat wij vooral proberen te bieden is oprechte aandacht”, zegt specialist ouderengeneeskunde Harrie Kuipers. “In het palliatief team voel ik waarom ik ooit voor de zorg heb gekozen. Ik wil van betekenis zijn voor een ander. Dat hoeft niet ingewikkeld te zijn. Met de kleinste dingen kun je het verschil maken. Goed luisteren. Even een arm om iemand heen slaan. Of een extra bed neerzetten zodat ook de partner in het ziekenhuis kan blijven slapen.” Carla knikt instemmend. “De gesprekken met patiënten hebben mij geleerd waar het in het leven écht om draait. Als het einde nadert, telt maar één ding: samen zijn met de mensen van wie je houdt.”
Kwaliteit van leven meewegen
Richting de toekomst wil het palliatief team de samenwerking met zorgprofessionals in en buiten het ziekenhuis verder versterken. “Het zou mooi zijn als ook de huisartsen, thuiszorg en transferverpleegkundige structureel aansluiten bij ons multidisciplinaire overleg waar wekelijks alle hulpvragen en consulten samenkomen. Palliatieve zorg houdt immers niet op bij de muren van het ziekenhuis”, stellen Carla, Veronique en Harrie.
De afgelopen tien jaar is er veel vooruitgang geboekt”, constateren zij. “Het levenseinde wordt steeds beter bespreekbaar. Vroeger durfden mensen het woord kanker niet eens te noemen. Nu praten we openlijk over wat we wel en niet willen, waarbij de kwaliteit van het leven steeds vaker wordt meegenomen in de afweging. Een prima zaak.”
Een lach en een traan
Denk niet dat het in de palliatieve zorg alleen maar over de dood gaat. Omdat in de gesprekken met patiënten het hele leven voorbijkomt, wordt er ook heel veel gelachen, zegt Carla. Soms ook op momenten dat je het niet verwacht. “Laatst had ik een diepgaand en intens gesprek met een man over de zin van het leven. Anderhalf uur waren we heel serieus aan het praten. Aan het einde van het gesprek vroeg ik of ik nog iets voor hem kon betekenen. De man keek me aan en zei: ‘Mijn tanden moeten nog worden gepoetst.’ Prima’, antwoordde ik. ‘Gaan we doen.”