Geoffrey Kolijn (51) kan er kort over zijn: “Mijn stoma is mijn overleving.” Volgens de Maarheezenaar begrijpen de stomaverpleegkundigen van SJG Weert als geen ander wat je als patiënt in zo’n moeilijke en emotionele periode nodig hebt. “Deskundigheid en productkennis, gecombineerd met heel veel persoonlijke aandacht en ervaring. Deze dames is werkelijk niets teveel.”
We gaan terug naar 12 december 2015. Geoffrey Kolijn ligt in het Weerter ziekenhuis omdat hij maar niet wil opknappen van wat aanvankelijk een onschuldige buikgriep lijkt. Hij voelt zich beroerd en heeft hevige buikpijn. Rond het middaguur gaat het faliekant mis. Zijn darmwand scheurt waardoor er ontlasting in de buikholte lekt. Levensgevaarlijk en dus moet Geoffrey acuut onder het mes. Tijdens de ingreep treft de chirurg meerdere tumoren aan die een voor een worden verwijderd. Vervolgens worden de darmen grondig schoongemaakt en weer op elkaar aangesloten. Uit voorzorg sluit de chirurg een tijdelijke stoma aan op de buikwand. “Voor de ingreep gaf zij duidelijk aan dat ik een stoma zou krijgen. Nog beduusd van het nieuws dat ik darmkanker had, was dat voor mij geen enkel issue”, vertelt Geoffrey.
“Dankzij het stoma
zijn mijn darmen schoon gebleven
en ben ik er nog.”
Het herstel op de Special Care verloopt, zacht uitgedrukt, moeizaam. Door een naadlekkage aan de dikke darm moet Geoffrey tien dagen later opnieuw worden geopereerd. In januari volgt een derde ingreep waarbij de vuilophoping in de buikholte wordt schoongemaakt. “Alles bij elkaar heb ik vijftig dagen in het ziekenhuis gelegen en nog eens honderd dagen thuis in bed. Ik had namelijk een open wond die moest herstellen. Medewerkers van de buurtzorg kwamen elke morgen voor de wondverzorging en de verzorging van mijn stoma.”
Voortreffelijke begeleiding
Afgelopen januari werd bij een laatste ingreep zijn dikke darm verwijderd en de buikwand gereconstrueerd. “Omdat het niet meer mogelijk bleek om de dunne darm op de endeldarm aan te sluiten, werd de tijdelijke stoma vervangen door een permanente. “Niet leuk natuurlijk, maar ook hierover heb ik me geen moment druk gemaakt. Ik dacht: als dit straks het enige overblijfsel is van de darmkanker, mag ik mijn handen dichtknijpen. Dankzij het stoma zijn mijn darmen schoon gebleven en ben ik er nog.”
Vol lof is Geoffrey over de begeleiding van de stomaverpleegkundigen van SJG Weert. “Het eerste wat ze tegen mij zeiden: jij bent zelf de belangrijkste schakel in dit verhaal. Jij bepaalt welk stoma jou de minste hinder geeft. En zo hebben we samen het materiaal en het type stoma uitgezocht. Het is heel fijn dat er deskundigen voor je klaar staan. Mensen met veel productkennis die je persoonlijke aandacht geven en bij wie je terechtkunt met al je vragen.”
“Door het stoma heb ik mijn
bewegingsvrijheid behouden.”
Bewegingsvrijheid
Inmiddels zijn we een jaar verder. Geoffrey is volledig hersteld. Geholpen door de adviezen van de stoma-afdeling weet hij als ervaringsdeskundige precies hoe hij zijn stoma moet verzorgen. “Het ziet er uit als een stofzuigerzak. Je ziet ‘m niet, je ruikt ‘m niet en omdat hij waterdicht is, kun je er gewoon mee douchen en zelfs zwemmen.
Een keer of vier keer per dag maak ik ‘m leeg en ’s avonds, als mijn darmen het rustigste zijn, vervang ik ‘m door een nieuwe. Omdat er heel af en toe een lekkage kan optreden, heb ik altijd schoon materiaal bij me. Geen probleem. Dan stop ik gewoon bij een openbaar toilet om me te verschonen. Mensen in mijn omgeving weten dat ik in een stoma heb. Ik ben daar heel open in. Dat werkt ook het beste. Als je er in je hoofd geen probleem van maakt, is er ook geen probleem.”
De Maarheezenaar gaat zelfs nog een stapje verder. “Omdat mijn dikke darm is verwijderd, wordt de ontlasting niet meer ingedikt en heb ik dus in feite altijd diarree. Daarom ben ik achteraf blij dat het bij de laatste operatie niet is gelukt om de dunne darm op de endeldarm aan te sluiten. Door het stoma heb ik mijn bewegingsvrijheid behouden en hoef ik dus niet voortdurend uit te kijken naar een toilet. Heel prettig.”
Gezondheidskrant SJG Weert • nummer 1 • april 2017 • pag. 7